i-stam

De i-stam geld voor alle werkwoorden behalve de werkwoorden die op een a eindigen. Hieronder staat hoe je die werkwoorden kan vervoegen. Het vervoegde deel staat steeds in het rood.

 

Tegenwoordige tijd - i-stam:

Hier een voorbeeld met het werkwoord drinken de stam is suc.

 

Drinken - suc

Het werkwoord niet vervoegd - suci

Ik drik - sucin

Jij drinkt (formeel) - sucol

Jij drinkt (informeel) - sucog

Hij/zij/het drinkt - sûc

Wij drinken - sucim

Jullie drinken (formeel) - sucelir

jullie drinken (informeel) - sucegir

zij drinken - sucir

Drink! (bevel) - suco!

 

Grijpen - Map

Het werkwoord niet vervoegd - mapi

ik grijp - mapin

jij grijpt (informeel) - mapog

jij grijpt (formeel) - mapol

het/zij/hij grijpt - mâp

Wij grijpen - mapin

jullie grijpen (informeel) - mapegir

Jullie grijpen (formeel) - mapelir

zij grijpen - mapir

grijp! (bevel) mapo